Voordroogkuil

Voordroogkuil ontstaat doordat micro-organismen voedingsstoffen afbreken met behulp van zuurstof. Dit proces heet fermentatie. Door luchtdicht te verpakken wordt bederf voorkomen. Als een pak eenmaal open is moet het binnen ongeveer een week opgevoerd worden omdat anders schimmelvorming kan ontstaan.

Een goede kwaliteit kuil is schimmel vrij, heeft een frisse licht zure geur en voor paarden is het drogestof gehalte tussen de 55 en 65 %.

In gras zitten verschillende micro-organismen. De twee belangrijkste zijn de boterzuurbacterie en de melkzuurbacterie. Melkzuurbacteriën zijn de goede micro-organismen, die er voor zorgen dat de kuil zuur wordt. Ze groeien op suikers die in het gras zitten. Door het gras te drogen, te persen en luchtdicht af te sluiten creëren we omstandigheden waarin de melkzuurbacterie goed kan leven. Door deze bacteriën blijft de kuil goed geconcerveerd en kun je het lang bewaren.

Eerst wordt het gras gemaaid. Na het maaien blijft het gras 3 tot 4 dagen op het land liggen. Deze dagen wordt het gras geschud zodat het vocht kan verdampen. Als het gras droog genoeg is dan kun je gaan harken. Dit is het op een lange rij leggen van het gras.

Nadat er gewierst is, wordt het gras in grote (of de door u gewenste maat) balen geperst. Hierna worden de balen in folie gewikkeld zodat deze luchtdicht verpakt zijn.

De voordelen van kuil zijn: – de droogperiode op het land is korter als voor hooi,

                                      – er zitten meer voedingsstoffen in

                                        – bevat minder stof dan hooi

                                      – de kruidige geur wordt behouden